Fifty dislikes

Ze.nlOf ik mijn fifty likes op een rijtje wilde zetten, dat was de vraag van hoofdredactrice Karin. Fifty likes is een nieuwe rubriek van Ze.nl waar eerst alle redactieleden hun vijftig voorkeuren uit de doeken doen en daarna vrijwillige lezers aan het woord komen.

Sure. Likes, doen we. Met een kek fotootje erbij. Vijftig dingen opnoemen die ik leuk vind, waar ik blij van word of die me laten shinen. Ik like veel, ben een gelukkig mens en snel tevreden, dat werd een makkie natuurlijk. Of niet? Want het duurde toch wel even voordat ik er vijftig bij elkaar had. Vijftig! Daar had ik me op verkeken. Langzaamaan begon ik denken dat ik misschien toch niet zo positief ben als ik dacht. En zo tevreden. Want getver, tegenover elke like kon ik wel een dislike zetten. Of twee. Er zijn namelijk ook zoveel dingen waar ik de schurft aan heb.

  • Mensen die mij wijzen op dingen die ik allang weet (‘Je staat altijd zo krom.’ ‘Hé, je hebt een pukkel op je wang.’)
  • Mensen die alleen maar over zichzelf praten. (Onder het mom van: Ik hou niet van opscheppen maar ik ben er nu eenmaal zo goed in.)
  • Fantoomwerkers
  • Mensen die meteen agressief worden als ze kritiek krijgen (Dat ik zeg: ‘Hé, kijk eens uit waar je loopt, ouwe!’ En dat ze dan gelijk erop willen slaan en zo. Tsssk.)
  • Mensen die heel langdradig vertellen (‘Nou en toen ging ik dus naar de bakker, voor een witbrood en een bruinbrood. Of wacht, het waren toch twee bruinbroden. – Hé Sjaak, wat ging ik nu ook alweer halen bij de bakker? Was het een wit en een bruin of toch twee bruin? – Sjaak zegt dat ik niet zoveel moet lullen. Afijn. Toen struikelde ik onderweg ook nog over dat hondje van de buren, die keffert met dat strikje in z’n haar, en toen kwam ik dus bij de bakker en toen was het brood op. Echt! Het brood was op! Ik zei: Bakker, je bent toch een bakker? Dat zei ik. Waarom heb je dan geen brood?! Snap jij dat nou? Hè? Idioot hè? Ja, dat zei ik echt. En hij lachen. En ik weer naar huis. Kom ik weer dat hondje tegen. Weet je wel, dat keffertje van hiernaast met dat strikje in zijn haar…’)
  • Gordon. Vooral als hij hysterisch om zijn eigen grappen lacht. Altijd dus.
  • Mensen die me ‘lieverd’ of ‘schat’ noemen terwijl ze me helemaal geen lieverd of schat vinden.
  • Mensen die luid roepen dat ze zo bescheiden zijn. Als je het mij vraagt is dat een contradictio in terminus.
  • Gestoorde godsdienstfanaten. (Arnol Kox zie ik door de vingers.)

 

(Tot nu toe is het opvallend hoeveel ik me aan mensen erger, terwijl ik toch echt een heel sociaal mens ben.)

  • Migraine
  • Witte bonen in tomatensaus. Het ziet eruit zoals het eruit hoort te zien als je het weer uitkotst.
  • Jeuk
  • De Rivièra Maison stijl. Alsof ik niet weet hoe een theedoos eruit ziet, of een brievenbakje. Overal zetten ze het met koeienletters op. En ik maak trouwens zelf wel uit wat ik erin stop. Als ik een kameel in een brievenbak wil proppen, dan doe ik dat. Ook al staat er levensgroot ‘Lettres’ op.
  • Feestjes waarbij je met z’n allen rond een tafel met plakjes worst en kaas zit. Daar word ik altijd zwaar opgefokt van. Ik krijg er Gilles de la Tourette neigingen van. Als er dan voor de derde keer iemand grapt: ‘En toen was het stil…’ (en er voor de derde keer niemand lacht) wil ik opstaan en gillen: ‘Fok! Fok, man! Doe eens normaal! Ga eens uit je dak, fokkers! Fok man, het is een feestje, geen begrafenis. Waar is het fokking bier? De absint? De muziek? De LEUKE mensen? Nou?! Stelletje fokkers! (Maar je kent me ondertussen: dat doe ik niet. Ik lijd in stilte – en schrijf er daarna een column over).
  • Horrorfilms. Ze maken me aan het lachen.
  • Zombiefilms. Zie boven.
  • Vampierenfilms. Idem.
  • De IKEA gids omdat hij te zwaar is om op het leesrekje van onze toilet te blijven hangen terwijl ik hem juist wel daar wil lezen.
  • Spreken in het openbaar. Ga ik van kokhalzen, hyperventileren en onzin uitkramen. Ook eerder genoemde neiging tot Gilles de la Tourette uitbraken komt weer bovendrijven. Ik moet toch eens uitzoeken wat dat is. Misschien is er iets misgegaan in mijn jeugd. Note to self: ouders bellen vanavond.
  • Kleren die krimpen in de was. Behalve als ze daarna beter passen. (Nooit.)

 

(Ben ik al bijna bij de 50? Zie je wel, ik ben dus toch niet zo positief als ik dacht.)

  • Onzijdige voornamen. (Jos, Wil of Henny). En dat ze dan beledigd zijn als ik ze een ‘hij’ noem terwijl ze een ‘zij’ zijn.
  • King pepermunt (veel te hard)
  • Softmints (te zacht)
  • Pepermuntballen (te rond)
  • Afgezet worden door een kind van zes dat zijn lootjes voor de Clubactie aan me komt verkopen en dat ik in goed vertrouwen geld geef (Ik bedoel: hij is zes!) en dat vervolgens nooit meer opdaagt met zijn lootjes.
  • Treinconducteurs met een meerpersoonlijkheidsstoornis (‘Zeg, doen we dat thuis ook?’)
  • Mensen die tegen oude mensen praten alsof ze doof en seniel zijn: hard, langzaam en met veel gebaren. Want soms zijn ze helemaal niet doof of seniel. Of alleen maar een beetje.
  • Mannen die oudere dames aanspreken met ‘mevrouwtje’. Elke keer hoop ik dat zo’n oudje een Magnum uit haar handtasje trekt om die brutale knakker in zijn gezicht te schieten, waarna ze de rook van de loop blaast, onderwijl het gevloerde  slachtoffer met één voet in bedwang houdend, en met een hoofdknikje zegt: ‘Had je wat, ouwe?’ (Tot nu toe is dat nog nooit gebeurd.)
  • Bloemen
  • Wc-borstels. Uitleg overbodig. (Hé, ik had laatst een geniaal ideetje: Waarom maken we alle wc-borstels niet gewoon bruin? In de fabriek al?)
  • Motten en vlinders. Het zijn gewoon dikke, harige rupsen met vleugels.
  • Mensen die geen afscheid kunnen nemen. Ga weg of blijf, maar sta niet een half uur in de deuropening te doei-en en tot-ziensen. Op=op. Weg=weg. Toedeloe!
  • En ach, er is meer. Zoveel meer…

    Gelukkig is er nog genoeg om van te shinen. Hier lees je mijn 50 likes.


  16 reacties op “Fifty dislikes

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Anti-spam code * * Time limit is exhausted. Please reload CAPTCHA.