Niet poetsen, maar lullen

De schoonmaakster die wij op kantoor hebben, is niet het type dat veelvuldig de handjes laat wapperen. Ze is meer het toonbeeld van ‘niet poetsen, maar lullen’. Nu begrijp ik best dat je soms wat afleiding nodig hebt voordat je zelf in een duizenddingendoekje verandert, maar als poetsen je beroep is, dan vind ik dat je dat ook moet doen. Noem me een moraalridder, maar jij zou het ook worden als je bij ons zou werken.

Sorry
Elke ochtend word ik getrakteerd op haar langzame ‘goede morregge’, gevolgd door een frase als: ‘Wat is het weer warm hè?’ En echt, geloof me, ik ben best een sociaal mens en ik wil best eens bij gebrek aan zinnige gespreksstof de temperatuur in het gebouw bespreken, maar niet elke ochtend, twee keer.

Als Naline sporadisch besluit om toch te poetsen, dan is ze daar ook nog eens heel slecht in. Echt waar: Wij hebben een poetsvrouw die niet kan poetsen. How hard can it be? Zelfs Freddie Mercury wist hoe hij een stofzuiger vast moest houden. Naline niet. Ze beukt dat ding overal tegenaan. Bureaus, kasten, mijn kantoordeur. De deur knalt vervolgens tegen het sleutelkastje dat erachter hangt, en alsof dat me allemaal nog niet genoeg uit mijn concentratie haalt, roept ze er elke keer ‘sorry!’ achteraan. Ik antwoord steevast: ‘Geeft niets!’

Tactiek
Ik heb weleens gedacht dat het haar tactiek was: dat ze me expres uit mijn concentratie haalde zodat ze dan mijn bureau even kon afdoen. Had je gedacht. Ze gooit het morsige doekje mijn richting uit en vraagt of ik het zelf even wil doen: ik zit er immers beter voor. Zij moet helemaal om het bureau heen lopen en -zucht, steun- nou ja, een heel gedoe. Ik vang het doekje op, zwabber een keer lafjes van links naar recht en gooi het terug. Het is gewoon gemakkelijker dan een discussie aangaan. Want dat is ook zoiets wat je niet wil.

‘Wat een weertje hè?’
‘Hmm-hmm.’
‘Hoe was je vakantie?’
‘Welke vakantie?’
‘O, ik dacht: ik heb je al zo lang niet gezien, ze is zeker op vakantie.’
‘Nou, ik zat er gisteren, en eergisteren, en de dag ervoor. Ik zit er altijd. Ik woon hier praktisch.’
‘O, dan was je zeker net even van je plaats.’
‘Nee hoor. Gisteren hebben we het over het weer gehad, weet je nog? En de dag daarvoor over vakanties. En over het weer. Net zoals de dag daarvoor.’
‘O, dan zal ik me wel vergist hebben.’
Ze gaat verder met hetgeen voor poetsen moet doorgaan. Zwabber. Beuk. Knal.
‘Sorry!’
‘Geeft niets…’

Geeft niets
Ach, ze bedoelt het goed, zo dacht ik een tijdje. Ze is gewoon wat onhandig. En verstrooid ook trouwens. Regelmatig vergeet ze een prullenbak te legen en negen van de tien keer blijkt de handdoekrol op na een toiletbezoek. Het probleem is dat Naline hem niet zelf mag vervangen omdat ze een chronische schouderblessure heeft -dezelfde waarschijnlijk die haar ongecontroleerde stofzuigermoves veroorzaakt-. Haar collega moet speciaal uit het andere gebouw komen om de rol te verwisselen. Naline vergeet die echter nogal eens in te lichten, waardoor het apparaat twee dagen open hangt met een vieze, uitpuilende doek tot op de grond. In een zeldzame oprisping van medemenselijkheid plakt ze er een Post-it tegenaan met ‘difect’ erop.

Soms is al ze uren vertrokken en staat de stofzuiger nog midden in de gang. Alle collega’s lopen er geïrriteerd omheen, in de veronderstelling dat Naline ergens in de buurt een prullenbakje aan het legen is, totdat ik na een uur of twee besluit dat het welletjes is en ik het gevaarte aan de kant schuif. Als Nalines vragende gezicht de volgende ochtend in mijn deuropening verschijnt, hoef ik alleen maar een hoofdknikje te geven in de richting waar ze hem heeft achtergelaten.
‘Sorry!’
‘Geeft niets…’

  13 reacties op “Niet poetsen, maar lullen

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Anti-spam code * * Time limit is exhausted. Please reload CAPTCHA.