‘Waarom mag ik niet op jouw feestje komen?’ Mijn zoontje helt voorover terwijl hij deze vraag bijna schreeuwt naar zijn vriendinnetje, de vuisten gebald. Ze staan tegenover elkaar in het midden van de stoelenkring en ik sta buiten, waar ik alles letterlijk kan volgen door het klasraam.
Als je nagaat dat Jules een erg sociaal kind is en met iedereen in de klas leuk omgaat, wordt hij naar verhouding inderdaad weinig uitgenodigd voor feestjes. Deze incidentele frustratie-uitbraak is voor mij dan ook verklaarbaar.
Zijn vriendinnetje doet verschrikt een stap achteruit en antwoordt op bijna hetzelfde volume: ‘Dat mocht niet van mijn moeder want jij hebt een allergie!’
Uitnodiging
Vorige week kwam de moeder van het vriendinnetje al naar me toe: ‘X-je is volgende week jarig en ze wilde Jules graag uitnodigen voor haar feestje maar ik zeg je eerlijk dat ik het niet aandurf met die medicijnen van hem en zo.’
‘Ik kan wel meekomen. Heb je meteen een paar extra handen en ogen,’ opperde ik.
Ze ging er niet op in. Het was geen vraag, slechts een mededeling, begreep ik toen. De beslissing was al genomen. En ik heb het erbij gelaten, ik wilde noch mezelf noch mijn zoontje opdringen. Maar ergens wringt het.
Toch niet
Na schooltijd lopen mijn twee zonen en ik naar huis. Het is woensdagmiddag en Jules wilde afspreken met vriendjes maar niemand kon. Allemaal gaan ze naar het feestje van X, allemaal behalve hij. Ook zijn broer kan niet met hem spelen want die gaat – o de ironie – eveneens naar een feestje, eentje waar hij niet eens zin in heeft.
Snotterend zegt Jules: ‘En ik snap het niet! Want X was toch ook op mijn feestje en we spelen altijd heel veel en ze zei dat ze me ging uitnodigen en toen opeens toch niet.’
Het is daar en op dat moment dat ik besluit hem te confronteren met de realiteit, hij zal er tenslotte nog vaak genoeg mee te maken krijgen: ‘X wilde jou wel uitnodigen,’ zeg ik langzaam en duidelijk. ‘maar haar moeder niet omdat zij het niet aandurft met jouw pinda-allergie en de noodmedicijnen.’
Oplossing
Natuurlijk kan ik goed begrijpen dat ouders huiverig zijn, en dat je dat gedoe al helemaal niet kunt gebruiken op een kinderfeestje. Er kan geen spoortje pinda rondzwerven en je moet goed weten wat te doen als Jules onverhoopt toch een anafylactische reactie krijgt. Je moet het aandurven om in zo’n geval een injectiepen te zetten en ja, je moet ook de ambulance bellen. Gedoe dus. Maar wellicht was het handiger geweest als de moeder het vooraf aan me had voorgelegd zodat dat ik mee kon denken over een oplossing. Jules is eerder op kinderfeestjes geweest waarbij de ouders zo lief waren om het aan te gaan, ik was daar heel dankbaar voor. Bij het ene feestje ben ik de avond vantevoren uitleg gaan geven over zijn medicijnen en bij het andere is mijn man gewoon meegegaan. Is nog hartstikke gezellig geworden ook met die ouders.
Stomme allergie
Jules loopt tussen mij en de oudste in, nadenkend. ‘Nou, dan ga ik X dus ook nooit meer uitnodingen op mijn feestje. En B en S trouwens ook niet want daar mag ik óók nooit spelen door mijn stomme allergie.’
Dat ouders bang zijn om Jules bij hen te laten spelen, begrijp ik. Gelukkig is dat probleem makkelijk op te lossen: het vriendje komt gewoon bij ons. Dat laatste zeg ik hem ook, maar ik vind weinig gehoor.
‘En R ook niet want die had laatst een feestje en daar mocht ik niet komen en ik verdenk hem er nu van…’ Hij zet zijn volwassen gezicht op en kijkt me recht aan alsof het nu ineens tot hem doordringt: ‘…dat dat dus ook komt door mijn allergie!’
Ik zeg hem maar niet dat hij op deze manier niemand overhoudt voor zijn feestje. Je kunt ook te veel realiteit op ze loslaten.
Lees hier een eerdere column over anafylaxie: Aan en uit. Dood of levend.
13 reacties op “Feest!”